Ieder seizoen zitten ze er weer bij, Totelossers die ons een half jaar moeten verlaten om een semester in het buitenland hun educatieve geluk te beproeven. In “Totelossers in den vreemde” vragen wij aan deze uitgevlogen studenten hoe ze hun tijd over de grenzen ervaren. In deze eerste editie; Raudhi Manders!
Voor mijn zo welverdiende vakant.. uh ik bedoel exchange programma ben ik neergestreken in het oh zo rustige Korea, Zuid Korea welteverstaan. Dit is waar ik tijdelijk aan de Korean Advanced Institute of Science & Technology (KAIST) studeer. “Waarom nou in godsnaam Korea?” was het eerste wat ik thuis te horen kreeg, maar na 2 maanden kan ik zeggen dat ik geen betere keus had kunnen maken. Maar waarom nou Zuid Korea? Ik wilde graag buiten Europa studeren en het liefst richting Azië. Daarnaast graag naar een land waar ik zelf niet zo 1 2 3 op vakantie zou gaan en waar ook weinig toeristen uithangen. Allemaal met als reden om zogenaamd volwassen te worden. En dan kom je al snel uit bij Zuid Korea. Alle verwachtingen waren al binnen een paar dagen overtroffen door het aangename weer, het lekkere eten en de vriendelijkheid van eigenlijk alle Koreanen. Al was het in het begin wel even wennen aan al dat gestaar en het vragen om foto’s.
Daarnaast is Korea een heel gestructureerd land. In tegenstelling tot veel andere Aziatische landen zal je hier geen chaos vinden. Reizen in dit land is een piece of cake door de goede infrastructuur die hier is aangelegd. En met de vele tempels en hoge bergen heb ik dan ook nog niet echt de behoefte gehad om andere landen te bezoeken. Waar Korea in Nederland nogal vaak in het nieuws komt omtrent de spanningen tussen haar noordelijke broertje en Trump, merken wij daar hier vrij weinig van. De Koreanen zijn er echter behoorlijk nuchter onder en geven vaak als reden aan dat ze dit nu wel onderhand gewend zijn na al die jaren, waardoor wij ons ook meteen op ons gemak voelden.
Het campus leven bevalt verder prima. De Koreanen zijn net vleermuizen; overdag zie je ze bijna niet, maar in de nacht moet je bijna reserveren om in de bieb te mogen zitten. Verder ligt de werkdruk hier hoger dan bij ons, dit ook mede mogelijk gemaakt door het feit dat de Koreanen niet kunnen plannen. Je moet niet raar opkijken wanneer een professor midden in het semester heel de syllabus omgooit en extra dingen inplant.
Als ik kijk naar wat ik mis van Nederland dan kom ik natuurlijk maar op een ding uit en dat is natuurlijk Totelos. Ik speel hier wel voor KIAST International Football Club (KIFC), maar echt voetbal kun je het niet noemen. We doen wel mee aan toernooien en proberen iedere week een balletje te trappen, maar het ontbreekt een beetje aan de gezelligheid, vooral in de derde helft die eigenlijk niet bestaat. Maar al met al is het prima vertoeven hier en zou ik zeker nog een extra semester eraan toe kunnen voegen. Al vliegen de kilo’s er wel aan door al dat eten hier. Hopelijk vindt de trainer dat niet erg!…
Annyeonghigaseyo vanuit Han-Gug
Raudhi Manders